De paradijsvogel en de grijze muis
We kwamen samen,
Jij gaat nu en ik blijf
Het toeval wilde
en van lieverlee
werden we soorten van genoten:
kamergenoten
gespreksgenoten
wandelgenoten
koffie en thee en taart-genoten
lotgenoten
bondgenoten
tochtgenoten
En we genoten
Jouw hoge vluchten en
dan weer diepe duiken
Bevlogenheid en plotklaps
even je platvloersigheid
Mijn grijze muizigheid
werd door jouw kleurigheid beschenen
en we verschoten allebei
Geheid spraken we te voet of achter mok en bord
over het menselijk geluk en over het menselijk tekort
Wat valt er meer te zeggen.
We kwamen samen
jij gaat nu
en we blijven alle soorten van genoten
Jij mijn vogel uit het paradijs
veel kleuren en geruis
Ik op eigen wijs
jouw grijze muis.